Om binnen te komen in het onbewuste maakt de therapeut met een Jungiaanse therapie gebruik van verschillende archetypische rollen. De belangrijkste is de trickster, een archetypische figuur gerelateerd aan de god Hermes, boodschapper van de goden en begeleider van zielen op hun pad naar transformatie. Hij heeft een kameleonachtige dubbelnatuur die de mens op het verkeerde been zet, weg uit de comfortzone. Bekende tricksters zijn Tijl Uilenspiegel, die door zijn schelmse slimheid steeds weer onder de druk van de machhebbers uitkomt, en de dwaze nar die tegen de koning kan zeggen wat het volk niet eens durft te denken. De trickster is slim en creatief, ondeugend en onverschrokken. Ook de mythologische held Odysseus was een trickster. Hij bouwde een houten paard, verstopte daarin zijn leger en gaf het paard cadeau aan de machthebbers van Troje, de stad die hij al jaren probeerde binnen te dringen. Die vermoedden wel dat er een addertje onder het gras zat, maar hun nieuwsgierigheid en begeerte won het van de voorzichtigheid. Zij openden de poort en het leger van Odysseus was binnen. Het onbewuste van de mens kan gezien worden als de stad Troje. Op het moment dat er gevaar dreigt, sluiten de poorten zich. Alleen met een list kun je binnenkomen.
Hypnotherapeuten komen binnen in het onbewuste van de cliënt door het induceren van trance. In de eerste fase van de Jungiaanse therapie is het doel bewustwording. Het beleven van onbewuste delen, al dan niet geïnduceerd door trance, komt pas in de tweede fase aan de orde, bij de verwerking van trauma en het ontwikkelen van ik-kracht. In de eerste fase gaat het om bewustwording van de schaduw, de eigenschappen die worden onderdrukt en onzichtbaar achter ‘de muren van Troje’ liggen in het onbewuste. Om bij de cliënt binnen te komen in het onbewuste, het schaduwgebied achter de verdedigingslinies, moet de therapeut al zijn creativiteit en listigheid inzetten en de moed hebben om anders te reageren dan gewoonlijk. Dat betekent dat ook de therapeut buiten de eigen comfortzone gaat.
In deze cursus leert de student hoe binnen te komen in het persoonlijk onbewuste van de cliënt, in het schaduwgebied dat verstopt ligt achter allerlei façades en verdedigingsmechanismen. En de student oefent zich in de vaardigheden van de trickster en andere archetypische rollen. Om de rol van trickster te kunnen spelen, is inzicht nodig in overdracht en tegenoverdracht: de wederzijdse beïnvloeding die zich afspeelt op het onbewuste niveau (schaduwgebied) in de relatie therapeut – cliënt. Er is altijd sprake van tegenoverdracht; je kunt niet voorkomen dat de cliënt iets doet met de therapeut, positief of negatief. De student leert hoe hij zich bewust kan worden van tegenoverdracht en hoe hij die vervolgens kan inzetten in de therapie.
Doelgroep:
Om te kunnen deelnemen aan deze cursus is basiskennis van de theorie van Jung over de werking van het (collectief) onbewuste noodzakelijk.
De cursus richt zich (niet-limitatief) op de volgende doelgroepen:
Professionals in de geestelijke gezondheidszorg
Professionals in de complementaire zorg
Wil je meer informatie over de module Jungiaanse therapie binnenkomen in het onbewuste? Neem dan contact op via het contactformulier.
De student heeft inzicht in
De student kan bij een client herkennen
De student kan verder
Interactief hoorcollege. De theorie wordt afgewisseld met oefeningen om de theorie te leren toepassen.